Kelkvoegenbeton

Welke werkwijze kiest u voor het vullen van kelkvoegen?

Voor het vullen van de kelkvoegnaden bij vloeren heeft u de keuze uit drie verschillende methodes. Iedere werkwijze is goed uitvoerbaar in de praktijk, maar wat zijn nu de wezenlijke verschillen?

Werkwijze 1: Traditioneel vullen

De hoofdaannemer gaat zelf aan de slag met veelal een extra ingehuurde telekraan en een kubel. Dit brengt dus extra kosten met zich mee. Als er al een kraan op het werk staat wil de aannemer deze zoveel mogelijk vrijhouden voor overige kraanwerkzaamheden. Meestal is er pas aan het einde van de dag “kraantijd” over en worden de naden met eigen mensen gevuld.

Drie tot vier mensen zijn dan druk in de weer met de kubel, een trilnaald, een bezem en de schep. De voordelen van deze traditionele werkwijze zijn dat de planning in eigen beheer is en dat je eigen mensen op de werkvloer hebt rondlopen. Nadelen, nog los van de extra huurkosten en inzet van mensen, zijn bijvoorbeeld de wachturen van de betonmixer en de  onder-vrachtkosten. Ook heb je te maken met meer transportbewegingen op de bouwplaats.

Werkwijze 2: Vullen met kleine betonpomp

Er zijn verschillende bedrijven welke deze service aanbieden. Groot voordeel is dat zij alles regelen, van de betonmortel tot aan de benodigde vakkundige arbeid bij het vullen van de naden. De betonmortel wordt nauwkeurig gedoseerd (met als gevolg dat er veel minder geveegd hoeft te worden) en gestort met leidingen tot 100 meter in de naden tussen de kanaalplaten. Doordat er wordt gewerkt met leidingen blijft er uiteindelijk weinig restbeton achter op de vloer. De werkzaamheden volgens deze methode kan je al uitvoeren met drie mensen, dit levert tijdwinst en een kostenbesparing op. Deze werkwijze is ideaal bij verticaal bouwen bij een gesloten casco. Nadelen zijn dat je een duur verpompbaar mengsel van de betoncentrale nodig hebt. En ook hier heb je weer te maken met gebruik trilnaald, wachturen op de betoncentrale en onder-vrachtkosten.

Werkwijze 3: Vullen met kelkvoegenbeton vanuit silosysteem

Steeds vaker kiezen aannemers er voor om de kelkvoegen te vullen met betonmortel vanuit een silosysteem met bijbehorende pomp. Hiervoor wordt een speciaal zelfverdichtende kelkvoegenbetonmortel toegepast. Hierdoor is het gebruik van de trilnaald overbodig geworden. Daarnaast gelden dezelfde voordelen als van de tweede beschreven werkwijze. Een aanzienlijk voordeel is hierbij echter dat je deze methode al kunt uitvoeren met twee mensen.

Als de aannemer slim omgaat met de planning, levert dit enorme tijdwinst en een kostenbesparing op. Ook deze methode is ideaal bij verticaal bouwen bij een gesloten casco.

Conclusie

De laatste tijd zijn er weinig eigen mensen op de bouwplaats. Aannemers geven daarom veelal de voorkeur aan methode twee en drie. Kostentechnisch liggen beide werkwijzen dicht bij elkaar. Methode drie wordt veelal toegepast in de woningbouw bij seriematig (verticaal of horizontaal) bouwen. Er is bij woningbouw namelijk vaak weinig ruimte voor de betonmixers, daar er direct gestart wordt met de afbouw na oplevering van de eerste woning.